woensdag 18 mei 2011

Helemaal alleen

Op een vroege zondagochtend in Budapest was ik weer helemaal alleen. Gwen had het vliegtuig naar huis genomen. Treurig dat ze afscheid van mij had moeten nemen, blij dat het fietsen erop zat.

Aankomst in Budapest

Toen ik mijn fiets klaarmaakte voor vertrek hoorde ik gezang uit de kerk die tegenover het hotel lag. Het klonk als troost. Maar wel het soort troost dat je bijna laat huilen. Of ben ik nu te sentimenteel? De lucht was zwaarbewolkt, donker. Ik bedacht dat een druilerige bui sfeerverhogend zou zijn, maar hij bleef de hele dag uit.
Om mijn leed enigsins te verzachten waren er die dag verschillende tegemoetkomingen. Het weer was ideaal om te fietsen, zo net geen regen. Ik had een fikse wind in de rug. Het grootste gedeelte van de rit ging over redelijk tot prima asfalt. Zelfs de Hongaarse overheid had zijn best gedaan, slechts éénmaal werd ik in een onmogelijke richting gestuurd, en dat had ik al heel snel door. En om half vijf kreeg ik een sms-je dat Ajax kampioen was. Gedragen door de wind en het kampioenschap fietste ik nog harder door, op het einde van de dag had ik 136 kilometer op de teller staan.
Nu, na nog een dag wind mee, bewolkt, wel af en toe een spatje regen, ben ik in het noorden van Servië beland. Het stadje heet Sombor, maar dat weerhoudt de Serviërs niet een opgewekte indruk te maken. Dit in tegenstelling tot de Hongaren, maar daarover zometeen meer.

Verwarring mogelijk

Nog een aanvulling op het stevige doorfietsen. Als forensende randstedeling, altijd in de drukte, is het platteland een hele bijzondere ervaring. Het is daar altijd zondagochtend half negen, er gebeurt echt helemaal niets. Dat kan heerlijk zijn, maar Hongarije ten zuiden van Budapest op een druilerige zondag ging daarin te ver. De enige afleiding de hele dag was een man die opeens uit zijn voortuin te voorschijn kwam om me met een op volle kracht draaiende elektrische heggenschaar van mijn fiets af te zagen. Maar ik zag hem op tijd, hij mij ook trouwens, en het liep allemaal goed af.

EINDOORDEEL HONGAREN
Gwen en ik waren het er al over eens, en het oordeel is de laatste twee dagen niet veranderd. Hoewel we zeker vriendelijke, enthousiaste en behulpzame Hongaren zijn tegengekomen maakte de meerderheid, vooral buiten Budapest, een wat stugge en sombere indruk. In Duitsland, Oostenrijk en Slowakije word je regelmatig gegroet door andere fietsers, zeker als ze zelf ook ruim van bagage zijn voorzien. Of door zomaar mensen langs de kant van de weg. Hongaren vinden dat over het algemeen maar onzin. Als je al een kans kreeg om te groeten, er moet wel iets van oogcontact zijn, dan werd ons knikje, of zelf de opgestoken hand, regelmatig glashard genegeerd.
De service in hotel en restaurant was ook niet altijd met een glimlach. Dat kan ook voortkomen uit de taalbarriè, onzekerheid, maar dat is geen echt excuus. In mijn tot nu toe halve dag Servië werd de minstens zo hoge taalbarrière wel steeds met een glimlach genomen.

GESCHIEDENISLES
Wat ik als langsfietsende toerist van de Hongaarse geschiedenis heb opgestoken. De niet zo in geschiedenis geinteresseerden kunnen het volgende stuk gerust overslaan.
De (rechtse) Hongaren zijn erg gehecht aan de landkaart van 1914. In een restaurant zag ik hem aan de wand hangen. In het museum 'Huis van de terreur', over de Nazi- en Sovjet-onderdrukking, leidde hij de tentoonstelling in. 'Zo is het allemaal gekomen'.
In 1914 behoorden grote delen van Roemenië, Slowakije, Kroatië en Servië tot Hongarije. Als verliezende partij in WO I werd Hongarije gereduceerd tot zijn huidige afmetingen. In sommige van de verloren gebieden wonen nog steeds veel Hongaren. Hongarije zocht in de jaren 30 samenwerking met Hitler-Duitsland om de gebieden terug te krijgen. Toen duidelijk werd dat dat misschien niet de beste keus was zochten ze toenadering tot de geallieerden. De Nazi's bezetten als reactie hierop in 1944 Hongarije. In minder dan een jaar bezetting werd een groot gedeelte van de Joden en Roma weggevoerd naar de vernietigingskampen, waarbij de Hongaarse 'pijlkruisers' (fascisten) zich zeker niet onbetuigd lieten. De Nazi's werden verjaagd door de Sovjets die vrijwel gelijk als de volgende bezetters werden gezien. Zo hebben ze zich ook gedragen, denk aan het zeer hardhandig neerslaan van de volksopstand in 1956. Vanaf begin jaren 60 was de communistische onderdrukking milder.
Ik heb in Hongarije veel meer monumenten met de jaartallen 1945-1989 of 1956 gezien, verwijzend naar de communistische onderdrukking, dan monumenten voor de gebeurtenissen tijdens WO II. Helaas heb ik geen enkele conversatie met Hongaren gehad over hun bewogen geschiedenis,

Ondertussen ben ik alweer twee dagen verder met mijn fietstocht. Via een stukje Kroatië nu in Novi Sad, de tweede stad van Servië, zo'n 100 kilometer van Belgrado. Verslag volgt! (Maar wanneer, ik moet ook nog fietsen tussendoor.)

1 opmerking:

Gerco zei

Hoi Hans,
Het doet me deugd dat je troost put uit de kerk. Misschien de volgende keer eens naar binnen, wellicht vindt je nog meer?! Leuk om af en toe eens wat te lezen van je belevenissen. Je kan altijd nog schrijver worden als je de ICT zat bent. Bij het UWV zijn we druk met borgspoor en het ziet ernaar uit dat een aantal van ons toch wat langer mogen blijven, dus bij leven en welzijn komen we elkaar weer tegen over een aantal weken. Veel succes verder en groet, Gerco